Goed nieuws voor dronefotografen die hun fotografie-skills naar een hoger niveau willen tillen: de gerenommeerde Harvard University heeft haar opleiding digitale fotografie onlangs gratis ter beschikking gesteld. De cursus bestaat uit 13 onderdelen, waarin onder andere zaken als belichting, kleurbalans, licht, software, retoucheren en histogrammen aan de orde komen.
De opleiding werd opgesteld door de Graduate School of Design, waar bekende architecten en ontwerpers als Rem Koolhaas, Zaha Hadid en Walter Gropius afstudeerden. De cursus is beschikbaar via e-learning platform ALISON en kan gevolgd worden zonder dat je je ergens voor hoeft te registreren of te betalen.
De opleiding gaat weliswaar niet in op luchtfotografie en dronefotografie in het bijzonder, maar toch kan het nooit kwaad om de basics van digitale fotografie onder de knie te hebben als je in de weer gaat met je drone. De cursus is wel Engelstalig, maar dat zal voor de meeste Nederlanders geen probleem zijn. Als je de opleiding in z’n geheel doorloopt dan kost je dat zo’n 10-15 uur.
Jarenlang een gouden combinatie: de DJI Phantom met daaronder een GoPro
Alhoewel steeds meer mensen drones kopen die kant-en-klaar met camera en al worden geleverd, zijn er ook nog flink wat mensen die gebruik maken van een GoPro-camera voor het maken van luchtfoto’s of -video’s. Problematisch is echter de sterke fisheye-vertekening als gevolg van de grote beeldhoek van een GoPro. Dat uit zich onder andere in de bekende gekromde horizon. Dankzij de nieuwe Linear FOV-modus behoort deze vertekening desgewenst tot het verleden.
Jarenlang was de combinatie DJI Phantom 1 of 2 met een GoPro Hero 3 of 4 eigenlijk de enige werkbare en betaalbare mogelijkheid om luchtopnamen te maken. En het is dat de Karma-drone recent werd teruggeroepen, anders zou er ongetwijfeld een hele nieuwe lichting mensen met de nieuwe GoPro Hero 5 camera aan de slag gaan voor het maken van drone-opnamen. Het merendeel van die mensen zou al snel tot de conclusie komen dat hun opnamen hinderlijk vervormd zijn, als gevolg van de grote beeldhoek van de nog altijd populaire action cam.
De kenmerkende fisheye-vertekening van een GoPro camera
Vrij van vertekening
Eén van de vernieuwingen in de nieuwe GoPro Hero 5 is de Linear FOV-instelling. Ook de oudere Hero 4 Black en Hero 4 Silver beschikken middels een firmwareupdate over deze nieuwe modus. Kort gezegd wordt de fisheye-vertekening softwarematig teniet gedaan vóórdat de beelden weggeschreven worden op het geheugenkaartje. Daardoor komen de beelden vrij van vertekening uit de GoPro en hoef je dus niet achteraf op de computer aan de slag om de gekromde horizon in je opnamen recht te trekken.
Achter de schermen wordt het Field of View (vandaar de term FOV) van de camera softwarematig teruggebracht. Doordat de beeldhoek beperkt wordt, krijg je ook een kleiner deel van het landschap of object dat je vast wil leggen in beeld. Daarnaast wordt de kenmerkende kromming aan de randen van het beeld softwarematig rechtgetrokken. Het verschil zie je hieronder.
Niet in 4K
De nieuwe modus komt vooral van pas bij het maken van luchtopnamen, want juist dan is de tonvervorming het meest zichtbaar, vooral als de camera tijdens het fotograferen of filmen schuin omlaag is gericht. Een nadeel is wel dat Linear FOV alleen gebruikt kan worden als je filmt in HD 1080p of in 2.7K. In de hoogste 4K-resolutie is de modus niet beschikbaar, omdat een deel van de beeldinformatie wordt weggegooid. Verder is Linear FOV wel beschikbaar in Timelapse Photo, maar niet in Timelapse Video.
Het is goed om te onthouden dat het effect niet ongedaan gemaakt kan worden. Met andere woorden, als je opnamen maakt met Linear FOV ingeschakeld, dan kun je niet achteraf alsnog kiezen voor de originele weergave. Andersom is wel mogelijk: video’s met fisheye-vertekening kun je achteraf in software als GoPro Studio of proDAD deFishr prima corrigeren. Voor foto’s kun je ook Adobe Camera Raw met het ingebouwde GoPro Hero 4-profiel gebruiken.
Op Dronewatch is een uitgebreide review van de DJI Mavic Pro verschenen, waarin onder andere wordt ingegaan op de kwaliteit van de beelden die de DJI Mavic Pro drone maakt. Daaruit blijkt dat de Mavic Pro zich qua beeldkwaliteit kan meten met veel grotere drones zoals de Phantom 4. Dat, in combinatie met het feit dat de Mavic Pro zeer compact is en nog geen 750 gram weegt, maakt de Mavic Pro een interessante drone voor mensen die beroepsmatig met dronefotografie aan de gang willen maar geen honderden euro’s aan een theorie-opleiding willen uitgeven.
ROC-light
Wie commercieel aan de slag wil met een drone tot 4 kg moet namelijk beschikken over de zogenaamde ROC-light ontheffing. Voor de aanvraag van deze ontheffing moet men onder andere met succes een theorie-examen te doorlopen, de drone ingeschreven hebben in het luchtvaartuigregister en een aansprakelijkheidsverzekering te hebben afgesloten.
Interessant is echter dat voor drones onder de 1 kg de theorie-eis komt te vervallen. Met andere woorden: als je tegen betaling foto’s of video’s wilt maken met de DJI Mavic Pro, dan hoef je geen theorie-opleiding te volgen of examen te doen. Dat scheelt niet alleen tijd, maar ook al gauw een paar honderd euro aan opleidingskosten. Het kan wél zo zijn dat de verzekeraar eist dat je beschikt over vliegervaring, aan te tonen door het afleggen van een praktijkexamen.
Beeldkwaliteit
Uiteraard is bovenstaande alleen interessant als de beelden die de Mavic Pro maakt van voldoende kwaliteit zijn. Afhankelijk van de beoogde toepassing is dat zeker het geval, zoals je kunt zien in onderstaande video die werd opgenomen met deze drone. De beelden zijn zeker goed genoeg voor bijvoorbeeld makelaars die een pand vanuit de hoogte willen fotograferen of trouwfotografen die als extra service ook een paar luchtopnamen van het bruidspaar willen aanbieden.
Regelgeving
Uiteraard dient men zich ook met de DJI Mavic te houden aan de geldende regelgeving. Dat betekent dat het beroepsmatig gebruik van de DJI Mavic onder het ROC-light beperkt is tot een maximale vlieghoogte van 50 meter en maximaal 100 meter verwijderd van de piloot. Ook mag er niet boven mensen, wegen en bebouwing gevlogen worden, en moet men 50 meter afstand houden van bebouwing. Voor recreatieve vliegers gelden nog altijd andere regels, die onder andere te vinden zijn op de website vliegjedroneveilig.nl.
Per 1 juli 2016 is de zogenaamde minidrone-regeling van kracht, die het beroepsmatig gebruik van drones onder de 4 kg laagdrempeliger maakt dan voorheen het geval was. Dat is goed nieuws voor (aspirant) dronefotografen, die nu eindelijk tegen betaling opdrachten mogen uitvoeren met hun drone. Er liggen echter wel een paar addertjes onder het gras.
De minidrone-regeling voorziet in de invoering van het ROC-light, een ontheffing die aangevraagd kan worden door mensen die middels een theorie-examen hebben aangetoond kennis te hebben van onder andere meteorologie, vluchtvoorbereiding, luchtvaartwetgeving en de onderdelen en werking van een drone.
Dit examen kan medio september 2016 behaald worden via het KEI, het opleidingsinstituut van de KNVvL. De kosten van het examen zijn nog niet bekend. Minidrone-opleidingen zijn er op het moment van schrijven nog niet, maar de markt zal ongetwijfeld in die behoefte gaan voorzien. Met het theorie-examen op zak kan het ROC-light worden aangevraagd bij de Inspectie Leefomgeving en Transport, de kosten hiervoor bedragen 253 euro.
Verder moet je drone ingeschreven worden in het luchtvaartregister. Dat kan bij eveneens de Inspectie Leefomgeving en Transport, tegen betaling van 73 euro. Let op: ieder toestel moet afzonderlijk ingeschreven worden en krijgt een eigen PH-registratie. Ook zul je een verzekering die je dekt tegen schade aan derden moeten afsluiten.
Als je eenmaal beschikt over het ROC-light en een verzekering, dan mag je vluchten met een zakelijk karakter uitvoeren zolang je je aan de volgende spelregels houdt:
de drone mag op het moment van opstijgen niet meer dan 4 kg wegen;
vluchten mogen alleen worden uitgevoerd tijdens de daglichtperiode;
tijdens de vlucht moet het toestel continu in het zicht van de bestuurder blijven;
geen vluchten hoger dan 50 meter boven grond of water of verder dan 100 meter van de bestuurder;
men dient 50 meter horizontaal afstand te houden van aaneengesloten bebouwing, mensenmenigten, industrie- en havengebieden, spoorwegen, voertuigen en snel/auto/provinciale wegen;
minstens 3 kilometer afstand bewaren van kleine vliegvelden en er mag niet gevlogen worden in CTR gebieden.
Met name de 50 meter-regel betekent dat het ROC-light maar beperkt bruikbaar is voor bijvoorbeeld makelaars en trouwfotografen. Je mag immers niet nabij groepen mensen of huizen in de bebouwde kom vliegen. Het is wél toegestaan om boven vrijstaande huizen te vliegen, zolang er maar 50 meter afstand wordt bewaard van omliggende bebouwing en wegen.
Ook landbouwtoepassingen zijn maar beperkt mogelijk onder de ROC-light. De maximale horizontale afstand van 100 meter is namelijk veel te beperkt voor gebruik van fixed-wing toestellen waar akkerbouwers vaak gebruik van maken. Voor dergelijke toepassingen moet men dus alsnog voor het volledige ROC gaan, met alle bijkomende kosten en voorwaarden van dien.
Voor natuur en landschapsfotografen die graag iets bij willen verdienen met het maken van foto’s en video’s is de ROC-light wel prima bruikbaar. Hooguit strooit de hoogtebeperking van 50 meter in sommige gevallen roet in het eten. De minidrone-regeling zegt echter niets over het vliegen in natuurgebieden (zoals Nature 2000).
Heb je nog vragen over de minidrone-regeling of het ROC-light, check dan even dit artikel op Dronewatch, met daarin de meest voorkomende vragen en antwoorden.
Sinds kort kan Facebook naast 360º video’s ook 360º foto’s weergeven. Als zo’n foto in je timeline verschijnt, dan kun je op je mobiel echt om je heen kijken, alsof je zelf op de locatie waar de foto genomen werd aanwezig bent. Maar niet alle 360º foto’s worden automatisch als zodanig herkend. Mocht je bijvoorbeeld zelfgemaakte 360º luchtfoto’s willen uploaden, dan moet je nog een aantal stappen doorlopen voordat Facebook je foto als zijnde een 360º foto behandelt. Hierbij een korte handleiding.
Onlangs plaatste ik een artikel over het maken van 360 graden luchtfoto’s met behulp van tools als DronePan of Litchi en panorama stitchingsoftware zoals PTGui of Autopano Pro. Als je het resultaat van dit proces uploadt naar Facebook dan wordt de foto echter niet meteen herkend als 360º foto. Je moet nog een aantal stappen doorlopen om ervoor te zorgen dat dit wel goed gaat.
Deze 360º luchtfoto werd in de bergen van Madeira gemaakt met een Panono Camera, opgehangen onder een Phantom 3. Facebook herkent de foto echter niet automatisch als 360º foto.
Voordat je de foto uploadt, moet je in de metadata namelijk nog opgeven dat het een 360 graden panorama betreft. Dat gaat het makkelijkst door in de zogenaamde Exif metadata van de foto op te geven dat de opname gemaakt is met een Rico Theta S, een consumentencamera die kant en klare 360º foto’s maakt. Daardoor dwing je Facebook de foto te behandelen als een interactieve panorama, in plaats van als een gewone (statische) foto.
Zorg er eerst voor dat de foto een maximale breedte van 6.000 pixels heeft, bij een aspect ratio van 2:1 (dus 3.000 pixels hoog). Open de file dan in een Exif editor en voeg bij het onderdeel over de cameraspecificaties bij ‘Make’ de naam ‘RICOH’ in, en bij ‘Model’ vul je ‘RICOH THETA S’ in. Mocht je geen software hebben om de Exif metadata van je foto te bewerken, dan kun je ook terecht op de website http://thexifer.net.
Upload de foto waarvan je de metadata hebt aangepast vervolgens middels de Facebook app op je smartphone of tablet (dus niet via de browser op een computer) naar Facebook. Als het goed is wordt deze nu inderdaad herkend als 360º foto. Als dit het geval is, dan zie je een klein kompasje verschijnen ten teken dat het om een 360º foto gaat en wordt de foto na het plaatsen als het goed is geopend in een interactieve viewer.
Klik op onderstaande afbeelding om de uiteindelijke interactieve 360º luchtfoto op Facebook te bekijken.
Tijdens de fotovakbeurs Professional Imaging was er dit jaar voor het eerst volop aandacht voor (het fotograferen met) drones. Naast stands van Yuneec en DJI was er ook een stand van Dronewatch, waar Wiebe de Jager beschikbaar was voor het geven van toelichting met betrekking tot dronefotografie en de regelgeving.
Ook verzorgde Wiebe elke beursdag een lezing over dronefotografie in het Adobe Theater. Hierin kwam onder andere een stukje geschiedenis van luchtfotografie aan bod, gevolgd door uitleg over de regelgeving, tips voor wie zich oriënteert op de aanschaf van een drone, een stukje vluchtvoorbereiding, en natuurlijk tips voor het maken van mooie luchtfoto’s.
De presentatie is hieronder in zijn geheel terug te kijken.
Helaas blijkt maar al te vaak dat niet iedereen even goed op de hoogte is van de regelgeving als het gaat om het vliegen met drones. Lang niet iedere (web)winkel geeft goede voorlichting, en vanuit de overheid wordt er eigenlijk ook amper actie ondernomen als het gaat om het duidelijk communiceren van de regeltjes.
In onderstaande video legt Wiebe de Jager nog eens in heldere taal uit hoe het ook alweer zat met de Regeling modelviegen en wat deze betekent voor mensen die hobbymatig met een drone willen gaan vliegen. In nog een drie minuten wordt je helemaal bijgepraat. Vlieg je drone veilig!
360 graden fotografie zit flink in de lift. Niet alleen wordt de software die je nodig hebt om afzonderlijke foto’s tot panorama’s om te smeden steeds gebruiksvriendelijker, ook zijn er tegenwoordig actioncams te koop waarmee je zonder enige verdere bewerkingen achteraf 360 graden foto’s maakt. Helemaal leuk wordt het als je gebruik maakt van een drone, om zodoende 360 graden luchtfoto’s te maken.
Wiebe de Jager demonstreert in onderstaande video twee manieren om zelf 360 graden luchtfoto’s te maken: met de Ricoh Theta S 360 graden camera en met gebruik van de gratis app DronePan, in combinatie met panorama-stitchingsoftware. Verderop in dit artikel vind je ook voorbeelden van de uiteindelijke 360 graden panorama’s.
Bekijk eerst de uitlegvideo:
Methode 1: gebruik maken van een 360 graden actioncam
De Theta S camera van Ricoh is een pocketformaat 360 graden camera die voorzien is van 2 fisheye-lenzen, die elk een beeldhoek van iets meer dan 180 graden hebben. Daardoor kan de camera in één gang zowel foto’s als videobeelden maken van de gehele omgeving. Dankzij het lage gewicht van de Theta S (170 gram) is het geen probleem om deze door middel van een drone de lucht in te sturen, zodat je ook vanuit de lucht 360 graden foto’s kunt maken.
De Ricoh Theta S: een pocketformaat 360 graden camera
Voor deze test werd een DJI Phantom 3 Professional gebruikt als ‘moederschip’. De Theta S werd met een ietwat provisorische ophanging aan het landingsgestel van de quadcopter bevestigd:
Een provisorische maar effectieve ophanging
De Theta S beschikt over een timelapse-functie, die ervoor zorgt dat de camera om de zoveel seconden een foto maakt: ideaal voor dit doel. Je stuurt de drone naar de gewenste locatie en hoogte, wacht even een minuutje zodat er een stuk of wat foto’s gemaakt zijn, en haalt de drone met daaraan de 360 graden camera weer naar beneden. Ondertussen blijft de dronecamera natuurlijk ook gewoon functioneren, zodat je op je FPV display kunt meekijken.
De Ricoh Theta S onder de DJI P3P
Mocht je ook op deze manier willen experimenteren met 360 graden luchtfotografie, let dan wel op dat je de wifi van de 360 graden camera uitschakelt voordat je opstijgt, om interferentie met het radiosignaal voor de besturing van de drone te voorkomen. Het is ook van belang dat het niet al te hard waait, want dan gaat de camera teveel bungelen. De drone wil dat compenseren, waardoor het gevaar ontstaat dat de set steeds harder gaat slingeren en het koord in de propellers komt.
De Theta S, middels een mini-tripod verbonden aan een koord
Voor onderstaand voorbeeld werd de drone naar een hoogte van 50 meter gebracht. De belichting stond op automatisch. Het risico is dat de lucht overbelicht raakt en de grond onderbelicht:
Aangezien de grond inderdaad nogal onderbelicht was, zijn de schaduwen in de foto nadien in Photoshop iets opgehaald. Dit is het resultaat:
Het voordeel van deze methode is dat de 360 graden foto’s direct klaar zijn. Afgezien van misschien wat schaduwcorrectie kun je de foto’s meteen uploaden naar websites als Round.me. Het nadeel is dat de resolutie van de foto’s beperkt is, in het geval van de Ricoh Theta S maximaal 14 megapixels. Daardoor zijn de resulterende panorama’s niet heel erg gedetailleerd. De sterke bolling van de lenzen zorgt bovendien ook voor relatief veel vertekening en lensfouten zoals purple wringing.
Methode 2: gebruik maken van DronePan en stitchingsoftware
Wil je niet investeren in een 360 graden camera en beschik je over een Phantom 3 of Inspire 1? Dan kun je er ook voor kiezen om aan de slag te gaan met de gratis app DronePan. Deze app zorgt ervoor dat je toestel op de gewenste locatie een serie foto’s maakt, waarbij zowel camera als drone automatisch gedraaid worden. De resulterende foto’s kun je nadien met software als PTGui of Autopano Pro aan elkaar stitchen tot één 360 graden foto.
Op deze screenshot is goed te zien hoe een panorama opgebouwd wordt uit afzonderlijke luchtfoto’s
Je kunt natuurlijk ook andere merken en typen drones gebruiken voor het maken van de afzonderlijke foto’s die in je panorama gaan, alleen is het dan de vraag of er software beschikbaar is die je drone automatisch de benodigde foto’s laat maken. Je zult dan handmatig een reeks foto’s moeten maken, waarbij je ervoor dient te waken dat er voldoende overlap tussen de foto’s is, anders kan de stitchingsoftware er later geen chocola van maken.
DronePan is erg eenvoudig in gebruik. Je stijgt op zoals je gewend bent, gebruik makend van de DJI Go app, en zodra je bent aangeland op het punt waarvandaan je een panorama wilt maken, open je de DronePan app en druk je op de ‘Play’ button. Je moet wel even de controller op de F-stand zetten, anders kan de app de besturing over je drone niet overnemen. De gehele cyclus duurt zo’n 2 minuten. Maak je gebruik van een Inspire 1, dan kun je ervoor kiezen om het hele toestel of alleen de camera te laten draaien.
Hogere resolutie
Het voordeel van deze methode is dat de uiteindelijke panoramafoto een veel hogere resolutie heeft. Er wordt immers gebruik gemaakt van meerdere afzonderlijke foto’s, in dit geval elk met een resolutie van 12 megapixels. Onderstaande foto, die gegenereerd werd met het programma PTGui, heeft bijvoorbeeld een resolutie van 14.576 × 7.288 pixels. Daardoor kun je veel meer details onderscheiden in de foto, ook als je inzoomt:
Onderstaand versie werd gemaakt op basis van dezelfde reeks foto’s, maar dan gestiched met Autopano Pro 4. Er werd gewerkt met de standaardinstellingen van de software, waarbij helaas niet automatisch werd gedetecteerd dat een deel van het zichtveld ontbreekt. Daardoor wordt het panorama gekromd weergegeven in de viewer:
Een nadeel van deze methode, waarbij je gebruik maakt van de camera van de drone zelf, is dat je geen volledige 360 graden foto krijgt. De camera van de Phantom 3 en van de Inspire 1 kan immers niet recht omhoog draaien. Een deel van de hemel valt daardoor weg. Verder loop je de kans dat er propellers op de afzonderlijke foto’s te zien zijn, die dan mogelijk ook in het panorama opduiken.
Manual of automatische belichting
Let er ook op dat als je aan de gang gaat met DronePan, je eerst de camera instelt op Manual belichting. Doe je dat niet, dan krijgt elke foto een afzonderlijke belichtingsinstelling mee. Het hangt van de stitchingsoftware af hoe deze belichtingen vervolgens weer op elkaar afgestemd worden. Een voorbeeld van een panorama op basis van foto’s die gemaakt zijn met automatische belichting vind je hieronder.
Houd er ook rekening mee dat de hele cyclus van DronePan zo’n 2 minuten in beslag neemt. Als er op de grond sprake is van zich verplaatsende objecten, of er net een wolk voor de zon schuift, dan kan dat tot storende afwijkingen in je panoramafoto leiden. Het beste vlieg je dus niet al te dicht bij de grond en zorg je ervoor dat je even wacht totdat het erop lijkt dat het licht een paar minuten gelijk zal blijven.
Conclusie
Het is erg leuk om te experimenteren met 360 graden luchtfotografie. De snelste resultaten haal je met een 360 graden actioncam, maar de kwaliteit van de foto’s houdt te wensen over. De beste resultaten verkrijg je met de combinatie DronePan en software als PTGui/Autopano Pro. Welk pakket je het beste kunt gebruik hangt een beetje af van je eigen voorkeur. PTGui is iets goedkoper ( € 79,-) dan Autopano Pro (€ 99,-), en levert met de defaultinstellingen meteen bruikbare panorama’s op.
Op welke hoogte je het beste kunt vliegen hangt een beetje af van het effect dat je wilt bereiken en het landschap dat je wilt vastleggen. Vlieg je te hoog, dan heb je meer overzicht, maar worden details op de grond al snel te klein. Vlieg je te laag, dan loop je de kans dat er storende fouten ontstaan in je panorama’s en heb je minder wijds uitzicht. Laag vliegen leent zich natuurlijk wel goed voor het vastleggen van mooie objecten en de omgeving eromheen.
Voor welke methode je ook kiest, de 360 graden foto’s kun later in een browser of op je smartphone of tablet openen, waarbij je alle kanten op kunt kijken. Ook is het mogelijk om de foto’s te bekijken met behulp van een virtual reality-bril. Letterlijk een leuke nieuwe dimensie aan je luchtfotografiehobby dus, en er zijn ook interessante toepassingen denkbaar op het gebied van toerisme en in de bouwsector.
De vliegdemonstraties van Yuneec trekken veel bekijks
Momenteel vindt in Nijkerk de Professional Imaging plaats, dé vakbeurs voor de (semi)professionele fotograaf. Dit jaar is er voor het eerst volop aandacht voor drones, in de vorm van vliegdemonstraties en stands van DJI en Yuneec. Ook Dronewatch is vertegenwoordigd met een eigen stand. Daarnaast geeft Wiebe de Jager elke beursdag een presentatie over dronefotografie. Opvallend is het grote aantal vragen over de regelgeving.
De stand van Dronewatch. Veel mensen informeren hier naar de regelgeving.
Natuurlijk is er veel interesse voor de nieuwste drones van DJI en Yuneec, de Phantom 4 respectievelijk de Typhoon H. De vliegdemonstraties trekken veel belangstelling en ook stelt het publiek veel vragen over de apparaten, maar de interesse gaat vooral ook uit naar de regelgeving: wat mag je nu wel en niet met een drone doen als professionele fotograaf? Wanneer gaat de regelgeving veranderen? En zo ja, wanneer? En wat worden de kosten waar ik rekening mee moet houden?
De stand van DJI, met de 5 winnende luchtfoto’s van onze fotowedstrijd ism CameraNU
Het feit dat de zogenaamde mini-drone regeling eraan zit te komen is voor veel mensen goed nieuws. Toepassingen die op de beurs vaak genoemd worden zijn het inzetten van drones voor bruidsfotografie, het voor makelaars fotograferen van huizen of bedrijfspanden, en experimenteren met nieuwe vormen van landschapsfotografie. Voor veel van deze toepassingen kan de invoering van een soepelere regelgeving echt een groot verschil maken.
De stand van Yuneec
De aandacht voor drones en regelgeving op de Professional Imaging is hoe dan ook een teken aan de wand: veel (vak)fotografen staan te popelen om gebruik te gaan maken van deze technologie, maar dan moet het wel duidelijk zijn wat de regels worden aangaande het (professioneel) gebruik van drones. Wellicht dat hier volgend jaar veel meer duidelijkheid over bestaat, zodat we het gewoon weer over de techniek en de creatieve aspecten van drones kunnen hebben.
Dronemaker DJI heeft gisteren zoals verwacht de Phantom 4 aangekondigd, de eerste quadcopter in de Phantom-serie die voorzien is van features zoals obstakeldetectie en een geavanceerde follow me functie, waardoor de drone automatisch achter een persoon of bewegend object aan kan vliegen. Ook is de vliegtijd vooruit gegaan, deze bedraagt nu maximaal 28 minuten.
Sensor ongewijzigd
Mocht je reeds beschikken over een Phantom 3 Professional, Standard of Advanced, dan is het echter de vraag of je er met de Phantom 4 op vooruit gaat als je deze vooral wilt gebruiken voor het maken van luchtfoto’s. De sensor is namelijk ongewijzigd gebleven ten opzichte van de voorgangers. Nog altijd is de maximale resolutie 12 megapixels en ook de lichtgevoeligheid is ongewijzigd gebleven.
Weliswaar heeft DJI nieuw glas toegepast voor het objectief, waardoor je minder last zou moeten hebben van chromatische abberatie (kleurverloop bij contrastrijke delen in de randen van je foto). Ook zijn de motoren iets hoger geplaatst, waardoor de propellers minder snel in beeld verschijnen, wat bij tegenwind nog wel eens wil gebeuren. Maar afgezien daarvan biedt de Phantom 4 voor de luchtfotograaf weinig vooruitgang.
Natuurlijk is de extra vliegtijd van de nieuwe accu altijd welkom, en is het kunnen ontwijken van obstakels ook een fijne nieuwe feature, maar dat komt eerder van pas tijdens het maken van video’s. De vraag is dan ook of je er €1.599 voor over hebt om te beschikken over deze features, zonder dat de camera echt verbeterd is. Met dat bedrag ben je er nog niet, want waarschijnlijk wil je dan ook meteen nieuwe accu’s kopen, want de oude passen niet meer.
Betrouwbaarder
Overigens is de Phantom 4 wel betrouwbaarder en bedrijfszekerder geworden. Dat komt doordat DJI de Phantom 4 heeft uitgerust met een dubbel elektronisch kompas en een dubbele IMU. Mocht één van deze sensoren een storing hebben, dan neemt de andere sensor het over. Daardoor neemt de kans op onverklaarbare crashes of fly-aways af. Wederom niet een reden om je Phantom 3 meteen weg te doen, maar wel het vermelden waard.
Hieronder vind je voor de volledigheid alle cameraspecs van de Phantom 4 op een rijtje:
Sensor
1/2.3” Effective pixels:12 M
Lens
FOV ( Field Of View ) 94° 20 mm ( 35 mm format equivalent ) f/2.8 focus at ∞
ISO Range
100 – 3200 ( video ) 100 – 1600 ( photo )
Electronic Shutter Speed
8 s to 1/8000 s
Max Image Size
4000×3000
Still Photography Modes
Single shot
Burst shooting: 3 / 5 / 7 frames
Auto Exposure Bracketing ( AEB ): 3 / 5 bracketed frames at 0.7 EV Bias
Time-lapse
HDR